
“Jarenlang bracht hij vanuit Istanbul verslag uit over de Arabische wereld voor onder andere de Washington Post. Totdat er journalisten werden opgepakt en teruggestuurd naar Syrië, waar ze dan nooit meer wegkwamen. Toen besloot hij dat de tijd rijp was om asiel aan te vragen.”

Zakaria […]
In Moerdijk heeft een tweede lichting van vijf statushouders onlangs zijn intrek genomen in een woning die ter beschikking kwam via een Thuisgeefintitiatief. Zakaria uit Syrie is één van hen. Hij is blij dat zijn leven nu niet langer stilstaat.
-
Vluchtte in……
Ergens tussen Roosendaal en het Hollands Diep ligt het dorp Fijnaart. Buiten het dorp, te midden van de weilanden, heeft groente- en fruitveredelaar Rijk Zwaan Breeding een vestiging met grote kassen. Tegen deze vestiging aan ligt aan de Boerendijk een royaal landhuis met een enorme tuin en daarachter twee loodsen. Rijk Zwaan Breeding heeft het geheel gekocht, maar gebruikt alleen de loodsen. Daarom heeft het bedrijf, met vestigingen in dertig landen en meer dan vierduizend werknemers wereldwijd, besloten de woning beschikbaar te stellen voor de tijdelijke huisvesting van vergunninghouders, om zo een steentje bij te dragen aan de maatschappij.
In mei dit jaar trokken de eerste vijf vergunninghouders in het landhuis, allen alleenstaande mannen.
“Toen ontstond er een relletje op Facebook”, vertelt Joke Suitela van de Thuisgevers, die dit Thuisgeefinitiatief vanaf het prille begin nauwgezet heeft begeleid.
Iemand schreef: “Wat moeten ze hier”, en daarop volgde racistische reacties, vertelt Joke. “De gemeente Moerdijk heeft daarop een voorlichtingsbijeenkomst georganiseerd die alle zorgen heeft weggenomen. Mijn mailadres en telefoonnummer zijn verspreid onder alle buurtbewoners met de boodschap dat ze mij konden bellen of mailen als er iets mocht zijn.
Nou, ik heb het afgelopen jaar één appje gehad van een buurman die zich zorgen maakte omdat hij al zo lang geen levendigheid rond het huis had gezien, haha.”
De kliko
Joke heeft haar best gedaan vrijwilligers te vinden die de nieuwkomers wilden begeleiden bij het opbouwen van een leven in hun nieuwe woonplaats, zogenaamde buddy’s. Uiteindelijk besloot ze brieven de bus te doen bij alle bewoners van de Boerendijk. Daarop meldde Wilmine zich, de buurvrouw van het landhuis met de vergunninghouders.
Wilmine ontving haar nieuwe buren hartelijk. Ze legde ze uit hoe ze afval moesten scheiden en waar de kliko aan de weg kon worden gezet. Ze was bereikbaar en nabij. Ze moest even slikken toen een aantal maanden later voor alle nieuwe buurmannen al een eigen woning was gevonden in de gemeente Moerdijk. Was ze voor haar gevoel pas net op weg met deze eerste lichting, kwam er alweer een tweede.
In augustus verhuisden vijf nieuwe vergunninghouders naar het landhuis aan de Boerendijk: vijf Syriërs en een Jemeniet. Eén van hen is Zakaria (39). Ook hij werd door Wilmine hartelijk ontvangen, vertelt hij. En toen hij gisteren wat vrienden te eten had, heeft hij bij Wilmine een ovenschaal geleend.
Washington Post
“Ik ben hier nu tien dagen”, vertelt Zakaria in vloeiend Engels. Hij oogt nog een tikje verloren op het houten stoeltje in de sober ingerichte woonkamer. “Ik ben een jaar en acht maanden geleden naar Nederland gekomen. Na een jaar kreeg ik een verblijfsvergunning en nu zit ik hier.”
Twintig maanden lang verbleef Zakaria in een AZC in Vries, boven Assen waar hij tot zijn frustratie weinig anders mocht doen dan wachten. Nu hij hier woont, kan hij aan zijn inburgering beginnen en aan zijn taalcursus en aan zijn maatschappelijke stage. Nu hij hier woont, staat zijn leven gelukkig niet langer stil.
Hij is journalist, vertelt Zakaria. Jarenlang bracht hij vanuit Istanbul verslag uit over de Arabische wereld voor onder andere de Washington Post. Totdat er journalisten werden opgepakt en teruggestuurd naar Syrië, waar ze dan nooit meer wegkwamen. Toen besloot hij dat de tijd rijp was om asiel aan te vragen.
Onuitgepakt
Zakaria geeft een rondleiding. “Hier zat ik gisteren te eten met mijn vrienden”, zegt hij, gebarend naar een zitje op het terras dat grenst aan de keuken. Hij is helemaal opgetogen omdat hij van de week een jeugdvriend tegenkwam die hier ook in de buurt bleek te wonen. Hij heeft al bij die vriend gegeten en gisteren kwam die vriend met een paar anderen dus hier. “Kijk!” Hij laat stralend een foto van het groepje mannen zien.
De rondleiding gaat verder langs enorme gazons. Rijk Zwaan Breeding verzorgt de tuin, is hem verteld, dus daaraan hoeft hij niets te doen. “Wij zijn verantwoordelijk voor het huis.” Een huisgenoot opent op de eerste verdieping zijn slaapkamerraam. Hij en Zakaria praten kort wat in het Arabisch.
“Het is fijn als hij ook thuis is”, zegt Zakaria even later over de huisgenoot. “Hij heeft al een fiets. Die mag ik gebruiken om naar de Aldi te gaan, vier kilometer verderop.”
Eenmaal weer binnen, klimt Zakaria vanuit de open centrale hal via de donkere houten trap naar de eerste verdieping. Ietwat gegeneerd laat hij daar zijn eigen kamer zien. “Het is een beetje een rommeltje”, verontschuldigt hij zich. “Ik heb nog niet eens alles uitgepakt. Alleen mijn boeken.”
Zijn kamer is ruim en licht en heeft een balkon. In het midden staat een bureau met daarop zijn computer en een stapel boeken. Bovenop ligt een boek met een afbeelding van een mannengezicht en een titel in Arabische letters. “Voltaire”, zegt Zakaria desgevraagd.